Voor het brooddeeg
250 g bloem + extra om te bestuiven
150 g water of ongezoete
plantaardige melk
40 g olijfolie of koolzaadolie met botersmaak
1 zakje
gedroogde gist
1 eetlepel suiker
1 theelepel zout
Voor de vulling
400 gram
plantaardig gehakt
5 eetlepels paneermeel
1 eetlepel bloem
1 eetlepel olijfolie
1/2 theelepel gemalen korianderzaad
1/2 tl nootmuskaat
1/4 theelepel versgemalen
peper
1 mespunt gember
1/2 eetlepel mosterd (optioneel)
1 à 2 eetlepels water
(optioneel)
Bereiding
Doe de bloem met het water, olie, gist, suiker en zout in een kom en kneed het
met de deeghaken van je mixer in vijf minuten tot een mooi glad deeg. Bestuif
het deeg met een beetje bloem en vorm er 12 balletjes van ongeveer 40 gram van.
Zet ze een minuut of 20 op een warme plaats om te rijzen.
Maak ondertussen het
gehaktmengsel. Neem het vegagehakt en meng er het paneermeel, bloem, olie en
kruiden door. Prak het mengsel een beetje fijn tot het een samenhangende massa
wordt. Voeg eventueel wat water toe als het mengsel te droog is. Vorm met je
handen 12 kleine worstjes van het gehaktmengsel.
Bestuif je werkoppervlak met
een beetje bloem en rol de deegbolletjes uit tot kleine ovale lapjes. Leg op elk
deeglapje in de lengte een gehaktworstje. Vouw de korte kantjes van het
deeglapje over de uiteindes van het worstje. En rol het broodje dan vanaf een
lange zijde op, net als een loempia. Leg de worstebroodjes op een bakplaat of
ovenrooster dat je bekleed hebt met bakpapier en laat ze een half uur tot 45
minuten rijzen.
Verwarm de oven voor op 180 graden en bak de broodjes in
ongeveer 20 minuten mooi bruin.
Bron